Verslag Schouw 2025
Extremen worden steeds normaler
Vorig jaar noemden we het een jaar van extremen, maar die extremen lijken steeds normaler te worden. Dit was wel de conclusie van de jaarlijkse schouw, die plaatsvond op 20 augustus jl. Eerst een droog en warm voorjaar gevolgd door een korte periode met veel neerslag. Die heeft heel wat bomen die het moeilijk hadden, goed gedaan. Maar daarna werd het weer droog. Voor de gemeente aanleiding om met vele watertanks het groen in de stad extra te verzorgen.
Het effect daarvan is in Het Plantsoen duidelijk zichtbaar, al staan bijvoorbeeld paardekastanjes (Aesculus hippocastanum) door de droogte al in de herfststand. De meeste hebben ook nog eens last van de paardekastanjemineermot, de larf van een vlinder die het bladgroen opeet, waardoor bladeren er roestkleurig uitzien. Voor bomen die extra voeding (mangaan) nodig hebben, is het wachten op regen, omdat bij droogte de voeding niet wordt opgenomen. Bij veel bomen is het effect van droogte altijd goed te zien doordat de bladeren verschrompelen en soms zelfs afvallen. Via bladeren verdampen bomen veel vocht; het is dus een manier om zichzelf te beschermen. Wordt het weer natter, dan zetten ze weer uit; voor afgevallen bladeren komen er zelfs gewoon weer nieuwe. Dat zal nu tegen de herfst wel niet meer gebeuren.
Bescherming tegen zonlicht
Langs het water tussen de Van Disselbrug en volière treffen we een sierappeltje (malus) en de jonge blauwe ceder (Cedrus libani ‘Glauca’). Vorig jaar maakten we ons er nog zorgen over, maar ze zijn ineens prachtig aangeslagen dankzij de plens regen die na het droge voorjaar is gevallen. Aan de ceder laat de gemeente de takken zo laag mogelijk zitten, zoals bomen het graag hebben. Het is de natuurlijk groei en die geeft ook bescherming tegen direct zonlicht op de stam. En het zorgt er (hopelijk) voor dat er zeker een meter rond de stam niet wordt gemaaid, zodat de wortels geen schade oplopen.
Bomen beste in najaar planten
Eveneens aan de waterkant zien we een vrij jonge tamme kastanje (Castanea sativa). Die groeit alleen in de breedte, omdat de top er waarschijnlijk een keer is uitgewaaid. Om het evenwicht te herstellen krijgt hij een snoeibeurt. Aan de zomereik (Quercus robur) ernaast zien we vreemd vervormde eikels. Dit komt door de dit jaar overvloedig voorkomende larven van de galwesp. Daar is weinig tegen te doen. Medelijdend kijken we naar het kwarrende Oxfordboompje (haagbeuk, Carpinus betulus) ernaast. Die heeft het nog steeds niet makkelijk ondanks water geven en de voedzame grond waarin hij in mei 2022 is geplant. Was dat misschien in het verkeerde seizoen? Ben: ‘Bomen kun je het beste in november of december planten, niet later maar beter ook niet in het voorjaar.’
Rijkelijk vrucht
De iep (Ulmus glabra) langs de straat tegenover de school, waarvan sommigen in 2023 dachten dat die ziek was, staat er zelfs mooier bij dan vorig jaar. Hij heeft wel een zwam, maar die lijkt wat gekrompen en verdroogd. Op een of andere manier weet deze boom zich goed te beschermen. Ook de zomereiken langs de weg staan er prachtig bij; dat geldt eveneens voor de kleine bonte taxus (Taxus baccata) in de buurt. De okkernoot of walnoot (Juglans regia) en de tamme kastanje dragen rijkelijk vrucht. De berk (Betula) iets verderop heeft door de droogte al aardig wat blad laten vallen, maar dat hoeft niet direct een probleem te zijn. Weer iets verder staat een eik met een dode tak erin. Die gaat er nog uit. Dat geldt ook voor de afgescheurde tak van de moerascipres die in het singelwater hangt.
Hoe je een kornoelje herkent
We lopen een stuk verder voorbij de e fontein. Richting straatkant zien we daar middenin een perk met struiken een oudere tulpenboom (Liriodendron tulipifera) die al behoorlijk wat blad laat vallen. De reuzenkornoelje (Cornus controversa) met zijn rode twijgen ernaast is zelfs al behoorlijk aan het vergelen, wat mogelijk ook weer komt door mangaantekort. Onze Ben Prijt, onze gids van de gemeente, laat zien hoe je deze boom kunt herkennen: een blaadje plukken (niet allemaal doen!) en voorzichtig het groen uit elkaar trekken. Dan blijven de nerven als een soort rasterwerkje aan elkaar zitten. De oude meidoorn (Crataegus) iets verderop laat de gemeente zoveel mogelijk met rust.
Natte voeten
Voorbij de drie enorme beuken zien we nog een Amerikaanse amberboom (Liquidambar styraciflua), die in de herfst van die prachtige rode herfstkleuren krijgt. Op de hoek aan het water staat de eerbiedwaardige enorme grootbladige els (Alnus x Spaethii ‘Spaeth’) Die houdt wel van natte voeten. En vleermuizen houden weer van hem! Bijzonder is dat elzen heel lang in blad blijven. Soms is er (nacht)vorst nodig om ze eindelijk te laten vallen.
Alles bij elkaar genomen hebben de bomen in Het Plantsoen wederom een extreem jaar goed overleefd. Dit dankzij alle aandacht en de deskundige verzorging van de gemeente, die het Plantsoen een warm hart toedraagt. En natuurlijk dankzij de actieve betrokkenheid van de Vereniging Het Plantsoen. Een samenwerking waar we heel blij mee zijn.
NB. Weten welke bomen je in Het Plantsoen tegenkomt? Kijk op openbomenkaart.org. Even naar beneden scrollen